Hopeloos keek ik dagenlang in het rond.
Ik zocht steeds weer opnieuw naar een weg die me zou leiden naar de uitgang van deze donkere wereld.
Mij was beloofd dat als ik die uitgang zou vinden, ik hetgeen zou krijgen waar ik al die tijd naar verlangde.
Het zou me gelukkig maken en mijn somberheid afnemen, mij laten voelen dat ik daadwerkelijk besta.
Ik zocht in elke hoek.
ik keek in elke richting, maar nergens was een teken van geluk.
Toch liep ik verder.
Soms dagen.
Soms weken.
Misschien wel maanden.
Mijn voeten brandden door de pijn, maar mijn ziel wilde niet opgeven, niet nu ik er bijna was.
Op een dag, na lang gezocht te hebben, vond ik de uitgang.
Maar ik voelde verdriet, omdat wat mij beloofd was blijkbaar niet bestond.
Het enige wat ik zag was een spiegel.
Voor een moment staarde ik naar mezelf, teleurgesteld om wat ik zag.
Toch lichtte mijn ogen op, want ik besefte dat het enige waar ik naar verlangde…
Was mezelf.